LIST-lezen
Leren lezen biedt je leerlingen de mogelijkheid om de wereld van boeken te ontdekken. Door de inzet van LIST-lezen staat het leren lezen rondom boeken centraal en introduceer je als leerkracht de mooiste boekfragmenten.


LIST staat voor Lees Interventie-project voor Scholen met een Totaalaanpak. Het is geen leesmethode die je zo aanschaft, maar een leesmethodiek waarmee je kinderen via leesboeken leert lezen. Marly Philipsen, intern begeleider van basisschool de Bolleberg in Maria Hoop: ‘In LIST-lezen vonden we een aantal jaar geleden een schoolbrede oplossing voor het achterblijven van de leesresultaten. Geschoold via het Fontys-Opleidingscentrum-Speciale-Onderwijszorg, is het team gestart met LIST-lezen vanaf groep 1. Inmiddels werkt het team enthousiast volgens deze werkwijze. LIST heeft als motto: 80% van de leerlingen op het juiste AVI-niveau. Dat was ook het streven van de Bolleberg bij de start. Dat niveau is gelukt, en toen deed corona zijn intrede. Inmiddels zien we weer een duidelijk stijgende lijn in de AVI-niveaus van de leerlingen.
Meetinstrument
Het team neemt als meetinstrument tweemaal per jaar de AVI-toetsen af. Daarnaast verzamelt de leerkracht ook structureel data over het leesgedrag en voorkeuren van de leerlingen. Zo kan de leerkracht de leerlingen ondersteunen en stimuleren bij boekkeuzes. De kinderen lezen ongeveer 25 boeken per jaar, bij voorkeur van verschillende genres. Marly: ‘Door LIST-lezen is de leesmotivatie en het leesplezier toegenomen. De kinderen zijn echt even helemaal “van de wereld” tijdens het stillezen.’


LIST heeft als motto: 80% van de kinderen op het juiste niveau
In de praktijk
Tijdens het voortgezet lezen in groep 4 t/m groep 8 lezen de leerlingen van de Bolleberg in zelfgekozen boeken. ‘Ze houden zelf bij hoeveel boeken ze gelezen hebben,’ vertelt Marly. ‘Afhankelijk van hun niveau lezen ze met een tutor, met een leeftijdsgenoot of ze lezen stil. LIST werkt groepsdoorbrekend met HOMMEL-klassen (hardop ondersteund lezen) vanaf AVI E3 t/m E4 en stillees-klassen, vanaf AVI E4. Bij de Hommelgroep lezen de kinderen in tweetallen. De leerlingen die al wat vloeiender lezen, doen dit samen met een klasgenoot. Kinderen die meer ondersteuning nodig hebben, lezen met een kind dat een of meerdere groepen hoger zit, en dat als tutor fungeert. ‘Vaak kiezen we hiervoor kinderen uit, die zelf nog niet AVI uit zijn en de oefening goed kunnen gebruiken,’ vult Marly aan.
Ook zijn er op de school stillees-klassen, waarin alle kinderen stillezen. Daarbij geldt de regel: lezen is lezen. Niet even naar de wc, en ook het uitzoeken van boeken gebeurt op een ander moment. Alle kinderen hebben een reserveboek op de tafel. Tijdens deze twintig minuten lezen voert de leerkracht op zachte toon leesgesprekjes, begeleidt de tweetallen en de tutoren en/of leest zelf een boek.
Hoe ziet een LIST-leesles eruit?
Marly: ‘We roosteren minimaal drie dagen per week dag ruim 35 minuten lezen in. Steeds van groep 3 tot en met 8 op hetzelfde tijdstip. Hierdoor is het mogelijk om groepsdoorbrekend te lezen en alle leerlingen aanbod op niveau te bieden. Drie keer per week start de leesles met een boekenbabbel. Het doel hiervan is het verfijnen van smaak en literatuureducatie, boekpromotie van verschillende genres, ontdekken van de structuur in fictieboeken, voordoen hoe je informatieboeken kunt gebruiken en bovenal het vergroten van de leesmotivatie. Meestal houdt de leerkracht deze boekenbabbel, een enkele keer doet een leerling dat. Hiervoor wordt een tekstfragment uit een leesboek, informatieboek, gedichtenbundel, krant of kookboek voorgelezen en besproken. De gebruikte teksten komen uit de schoolbibliotheek of uit de eigen collectie van de leerkracht of leerlingen. Aan het einde van deze vijf minuten geef je de kinderen een leesopdracht mee. Ideeën hiervoor wisselen collega’s onderling uit of ze halen inspiratie via de boekenblogs op onder andere Kinderboekenjuf.nl. De leesvraag (bijvoorbeeld: de hoofdpersoon is bang kom je in jouw boek ook fragmenten tegen dat de hoofdpersoon bang is?) is erop gericht de kinderen te motiveren om te gaan lezen en hun aandacht op een bepaald aspect te richten. Na twintig minuten lezen kom je terug op de leesvraag die tijdens de boekenbabbel is gesteld. Dit activeert alle leerlingen om actief na te denken over hun boek.’
3 Leestips
Benny Lindelauf, Hoe Tortot zijn vissenhart verloor (Querido, 2017)
Zodra de ijskoude en berekenende kok Tortot zich met een list van het schavot weet te bevrijden, zit je in het verhaal. Hij beroept zich op het recht van een laatste wens, volgens het handboek Keurig Oorlogvoeren. Nog één keer koken wil hij, en dan laat het winnende leger de verrukkelijk kokende Tortot niet meer gaan. De meest hilarische personages, absurde gebeurtenissen en wonderlijke verhalen worden omlijst met fijne, gedetailleerdere pentekeningen. Voor de lezer in de bovenbouw die kan genieten van een rijk gestileerd verhaal.
Dinand Woesthoff, Sloddervos (Dromenjager, 2021)
Origineel verhaal over magische wezens en goden én de het geloof in je eigen kracht, zelfs al ben je een gewone sterveling zoals Rhona de Sloddervos. Aangevuld met Tiktok filmpjes en een website waar je kunt deelnemen aan de orde van de sloddervos. Waar het om draait? Goed naar jezelf kijken en ontdekken wat voor magische kracht er in jezelf zit.
www.tiktok.com/@rhona1012 / www.sloddervos.nl
Katherine Rundell, Waarom je kinderboeken moet lezen (Luitingh-Sijthoff, 2020)
Een essay van Katherine Rundell over het belang van kinderboeken lezen: ‘Lees je als volwassene geen fictie voor kinderen, dan laat je een doos vol wonderen links liggen die voor volwassen ogen een andere magie bevatten. Dit omdat auteurs van kinderboeken geweldige en bemoedigende waarheden opschrijven die ze willen dat kinderen ze weten en volwassenen ze zullen onthouden, om op terug te kunnen vallen.’
LIST is in samenwerking met Hogeschool Windesheim, Hogeschool Utrecht en Fontys-Opleidingscentrum-Speciale-Onderwijszorg ontwikkeld onder leiding van Thoni Houtveen.