Mooie woorden
Acht uur ‘s ochtends. Ik sta met een druipende jas in de hal. Verschillende leerkrachten lopen heen en weer.
Ik sta daar een minuut, en dat is op zo’n moment best lang; ik voel me niet echt welkom. Gisteren heb ik allerlei documenten en de website van de school bekeken en overal staat wat de school wil uitstralen: iedereen is welkom! In gesprek met de directeur vertel ik mijn gevoel. Hij vindt het niet leuk om te horen. Wat gaat er mis? Ben ik de enige?
Veel scholen hebben onlangs de laatste hand aan een nieuw schoolplan gelegd: kernwaarden, uitgangpunten, missie en visie. Het plan moet richting geven aan het beleid voor de komende jaren. Ik hoor dan vaak uitspraken als: ‘Ieder kind is uniek’, ‘Alle kinderen worden gezien’ en ‘We begeleiden kinderen naar zelfstandigheid’. Mooie uitspraken waar niemand het mee oneens is.
Maar wat is het waard als mensen van binnen en buiten de school dit niet ervaren? Hoe maak je waar wat er in je schoolplan staat? En hoe zorg je ervoor dat die ambities blijven leven? De oplossing: zorg dat je, wanneer je die mooie, maar ook vage uitspraken opschrijft, meteen vertaalt naar zichtbaar gedrag. Wat doe je als leerkracht wanneer je afspreekt dat we werken aan vertrouwen? Een lastige exercitie, maar heel belangrijk. En dan regelmatig met elkaar bespreken: ‘Wat doe jij, hoe ziet het er bij jou uit? Of wat doe je juist niet meer?’ Anders blijft het bij mooie woorden. En wat is er mooier dan wanneer iemand van buiten meteen zegt dat hij voelt wat jij uit wilt stralen?